Hoe krijgt mijn kind een positief zelfbeeld?
Iedereen is anders. De een heeft steil haar, de ander kroeshaar. De een is lang, de ander klein. Er zijn heel veel verschillende lichamen, en dat is oké: het ene lichaam is niet beter dan het andere. Toch bestaan er in onze samenleving bepaalde normen en verwachtingen. Over hoe een ideaal lichaam eruit zou moeten zien bijvoorbeeld. Maar ook over hoe je er als jongen of meisje uit zou moeten zien en je hoort te gedragen.
Hoe ontwikkelt mijn kind een positief zelfbeeld?
Een kind heeft meer zelfvertrouwen als het zichzelf accepteert zoals het is en van zichzelf kan houden. Dan is het minder gevoelig voor pesten en druk van anderen om dingen te doen die het zelf niet wil. En het is beter opgewassen tegen de druk van (sociale) media om aan een perfect plaatje te moeten voldoen.
Je kind leert veel van de directe omgeving. Als ouder/verzorger heb je met een positieve opvoeding een cruciale rol in hoe deze ontwikkeling van je kind verloopt. Als je je kind leert om tevreden te zijn met zichzelf, het eigen lichaam en eigen manier van zijn, help je je kind een gezonde en liefdevolle relatie met zichzelf te ontwikkelen.
Wat wil je je kind meegeven:
- Jij bent wie je bent en dat is helemaal goed.
- Je bent geliefd door mensen in je omgeving.
- Neem de tijd om jezelf te worden. Je hoeft niet alles meteen zeker te weten. Je mag ook veranderen, wie jij bent staat niet vast.
- Het is krachtig om jezelf te zijn. Vergelijk jezelf niet met een ander.
- En laat het oordeel van een ander niet bepalen hoe jij je over jezelf voelt.
Hoe doe je dat?
Van jongs af aan:
- Knuffel met je baby. Daardoor voelt het zich veilig en geliefd. Ga hier ook mee door als je baby ouder wordt en spreek dan ook vaker hardop uit dat je van je baby houdt.
- Geef je kind complimenten over de manier waarop het ergens mee bezig is, niet alleen over het resultaat. Bijvoorbeeld: ‘Ik zag dat je veel plezier had tijdens het tekenen’, in plaats van: ‘Wat een mooie tekening heb je gemaakt’.
- Laat diverse rolmodellen zien. Laat diversiteit zien in hoe lichamen eruit kunnen zien, in manieren van man-, vrouw- en menszijn en in hoe relaties eruit kunnen zien. Op die manier doorbreek je het idee dat er één ideaalbeeld is en bevestig je dat het mooi is dat iedereen anders is.
Op een positieve manier:
- Benoem dat elk kind anders, mooi en uniek is. Zo bevestig je ook het uiterlijk en de vaardigheden van je kind.
- Vergelijk je kind niet (negatief) met andere kinderen. Als je kind iets minder goed kan dan een ander, praat er dan samen over. Wijs je kind eens op iets waar het wel goed in is. ‘Iedereen is goed in iets anders. Je vriendinnetje kan goed lezen, en jij kan goed klimmen. Dat is allebei heel knap.’
Geef ruimte voor vragen en de veiligheid om zichzelf te zijn:
- Laat je kind zelf dingen ontdekken en fouten maken. Neem je kind geen taken uit handen als je merkt dat iets nog niet lukt. Fouten maken mag en hoort erbij. Als je je kind meer zelfstandigheid geeft, zal ook het zelfvertrouwen groeien. Let wel op dat de taken passen bij de leeftijd en het ontwikkelingsniveau van het kind. Laat je kind niet doormodderen met iets wat het echt nog niet kan, maar help je kind erbij en laat zien hoe jij het doet,
- Laat je kind merken dat die er nooit alleen voor staat. Bied een luisterend oor als je kind zich ergens onzeker over voelt. En moedig je kind aan om spannende situaties niet uit de weg te gaan.
- Schrik niet als je kind iets leuk vindt of doet wat jij niet typisch voor een jongetje of een meisje vindt. Wil je zoon met poppen spelen, of je dochter met auto’s? Dat is prima. Keur het niet af en geef je kind de kans om zelf te ontdekken waar die van houdt.
Vraag je kind eens…
- Waar het trots op is.
- Wat het leuk vindt aan zichzelf.
Stel een duidelijke norm:
- Zeg er iets van als je je kind negatief over iemands uiterlijk hoort praten. Ook als dat over het eigen uiterlijk is.
- Geef aan dat je nooit iemand mag pesten of uitsluiten om hoe die eruitziet. Of omdat iemand zich niet als typische man of vrouw kleedt of gedraagt. Ook als jij iets niet leuk of mooi vindt aan een ander, maakt dat diegene niet minder waard.
Geef het goede voorbeeld:
- Zeg niet over jezelf dat je te dik bent. Je leert je kind dan ook zo over zichzelf en anderen te oordelen. Als jij veel bezig bent met diëten en afvallen, denkt je kind dat die dat (later) ook moet doen om mooi gevonden te worden.
- Laat merken dat jij het belangrijker vindt om lekker in je vel te zitten, dan aan verwachtingen van anderen te voldoen. Soms vraagt het moed om jezelf te zijn, maar dat levert wel op dat je je beter voelt over jezelf. Geef je kind die moed door jouw eigen moedige keuzes te laten zien.
Materialen die je kunt gebruiken:
– Lijfklets. Belle Barbé en Michal Jansen, Gezinnig, 2023.
(Voor)leesboeken:
– Ik. Philip Waechter, Lemniscaat, 2009
– Eigenwijsjes. L.M. van Westerkamp van Beers, Dubbelzes, 2014
– Het Lieve Woorden Doosje. Wendy Maria Traa, de Open Plek, 2015
Lees hier meer:
Voorbeeldsituaties
Veel gestelde vragen
Brochure Positief zelfbeeld
Onder invloed van media gaan kinderen soms te kritisch naar zichzelf kijken. Dat kan schadelijke gevolgen hebben. In deze brochure krijg je tips over hoe je hier met je kind over kunt praten.